gerben-angelita.reismee.nl

Potosí

Buenas noches!

We zijn nu alweer in Tupiza maar zal nog ff een update geven over de dagen in Potosí en Uyuni (in een apart verhaal). 13 Januari om 6 uur ´s avonds kwamen we na een busrit van 3 uur aan in de beroemde zilvermijnstad Potosí. Even wat gegeten en naar bed. De volgende morgen (14e) de stad Potosí bekeken. Wij dachten dat het een klein, grauw en vies dorp zou zijn, maar Potosí heeft toch 146.000 inwoners, mooi geschilderde koloniale gebouwen en schone straten. Tegen onze verwachting in was Potosí heel mooi, overzichtelijk en knus. Wat ons ook opviel is dat wij geen zichtbare armoede zagen, weinig zwervers, bedelaars etc. Na het centrum een beetje te hebben bekeken werden we verrast door een gigantische hagelbui!! De straten veranderden in rivieren!

Potosí is de hoogstgelegen stad ter wereld. Het stadje ligt op 4.060 meter hoogte (de mijnen liggen op +/- 4.800 meter hoogte). Heel veel mensen schijnen last te hebben van de hoogte, maar het valt bij ons gelukkig erg mee. Het scheelt denk ik dat we eerst naar Sucre zijn gegaan wat ook al aardig hoog ligt (2.700 meter). In Sucre had ik wel last van hoofdpijn, kortademigheid en zware benen (maar dat kan ook aan mijn verkoudheid hebben gelegen :-)) Gerben had er weinig to geen last van. Toen we aankwamen in Potosí was het dus niet zo´n grote verandering voor ons dan wanneer je vanuit het `lage` Argentinië komt. Het schijnt dat het eten van cocabladeren helpt tegen de hoogteziekte. Ook al wordt dat ook weer door andere tegengesproken. Gelukkig hoefden wij het niet te gebruiken ook al hebben we wel 1 blaadje geprobeerd. Echt heel ranzig!! En het stinkt verschrikkelijk! Nou ja, de blaadjes stinken niet, maar de monden waar 50 gekauwde cocablaadjes inzitten wel! Ik vind trouwens de cocathee wel heel lekker, het lijkt een beetje op groene thee. Oh ja, en het ruikt naar spinazie, echt waar! ;-)

De volgende dag gingen we om 9 uur weg om de mijnen in te gaan. Ik zag er persoonlijk een beetje tegenop omdat ik verhalen had gehoord van gangetjes zo smal en klein dat je op je knieën kruipend er doorheen moest. Maar het reisbureau verzekerde me dat deze tour alleen maar door gangen ging waar ik zou kunnen staan. Achteraf viel het heel erg mee en ben ik heel erg blij dat ik toch ben meegeweest.

Vroeger waren de mijnen van de staat. Tot ongeveer 3-4 jaar geleden werkten er nog +/- 20.000 mensen in de mijnen en nu zijn dat er nog maar 5000. Deze daling komt door de slechte zilverprijzen, het kan haast niet meer uit om zo hard te werken voor zo weinig geld. Een paar jaar geleden verdiende een gemiddelde mijnwerker nog 100 Boliviano (= +/- € 10) per dag, wat hier wordt gezien als een heel aardig salaris. Vandaag de dag verdient een mijnwerker nog maar rond de 35 Boliviano (+/- € 3,50)

In plaats van in beheer van de staat zijn de mijnen nu in handen van lokale coöperaties. Iedereen werkt voor zichzelf en als er teveel werk is, bijvoorbeeld wanneer ze een grote ader hebben gevonden, huren ze assistenten in. De eigenaar betaalt de staat een soort belasting waardoor de mijn in zijn bezit komt. Wanneer ze deze belasting betalen ontvangen ze ook een pensioen en een zorgverzekering. Al het werk gaat handmatig. Op deze manier kan men nog heel lang uit deze mijnen putten, maar wanneer het machinaal zou gaan zouden de mijn binnen 30 jaar uitgeput zijn.

De assistenten doen de hele dag niets anders dan de loodzware wagentjes, vol met het los gebikte steen met zilver, door gangen van 500-800 meter lang naar buiten duwen. Dit doen ze zo´n 10 tot 15x per dag en dit doen ze elke dag weer. Echt onmenselijk! De mijnwerkers beginnen al heel vroeg in de ochtend en gaan door tot ´s avonds laat. Soms beginnen ze zelfs´s nachts al. Terwijl ze werken eten ze niets. Dit is te gevaarlijk vanwege de stof en allerlei giftige stoffen. Om het toch vol te houden eten ze de hele dag cocabladeren. Iedereen heeft daar ook een wang zo dik als een appel! T ziet er niet uit en zoals ik al zei: het stinkt! Maar ja, blijkbaar helpt het wel :-) De stof verzamelt zich in de cocabladeren in de mond van de mijnwerker zodat hij niet al het stof binnenkrijgt. Het is dus een ook preventiemiddel. De meeste mijnwerkers leven tegenwoordig zo´n 50-55 jaar want uiteindelijk sterven ze allemaal aan een of ander longziekte. Vroeger toen er nog geen ventilatiegaten waren leefden ze tot een jaar of 45-50.

De mijnen laten een grote indruk op je achter..ongelofelijk wat voor een leven deze mijnwerkers hebben.Het is hard werken voor heel weinig geld zonder ook maar iets mee te krijgen van de buitenwereld. Ze werken, eten en gaan slapen en dat dag in en dag uit. Ik zou het geen leven willen noemen...

Na de heftige indrukken van Potosí zijn we op weg gegaan naar Uyuni, de toegangspoort tot de grote Salar de Uyuni (de grootste zoutvlakte ter wereld)

Hasta la próxima historia!

Reacties

Reacties

Annelies

Wat dapper dat jullie ook die mijnen in zijn geweest! Lijkt me best eng, ook al heb ik geen claustrofobie...

Gave fotoseries ook allemaal, ik was erg onder de indruk van de mensjes in Sucre, maar ook op de zoutvlakte hebben jullie echt prachtige foto's gemaakt.... je kunt ze wel insturen naar National Geographic; krijg je vast een baan aangeboden als fotograaf!!

Liefs Annelies

mam

Wat hebben wij hier dan nog te klagen he
Die arme mensen ,wat een leven hebben die,maar hele mooie foto's,dat hebben jullie heeeel mooi gedaan
Het is net of gerben jou uit de tas haalt,heel leuk
Veel liefs van mams

Nienke Nijmegen

Fijn dat je de achtergrond en geschiedenis ook beschrijft :) Je zou echt een carriëre als reisleider moeten overwegen! Zou perfect vooor je zijn! Maar zonder gekheid: ik vind jullie verhalen super en wauw.... wat maken jullie wat mee! Je had mij die mijnen voor geen goud (of zilver in dit geval) ingekregen.... Maar ja, je bent er maar één keer. Lijkt me trouwens ook apart op die hoogte. Ligt Uyuni ook zo hoog? Nou tot het volgende verhaal,

Kus Nienke

Marry

Wat weer een prachtig verhaal en schitterende foto's.
Jullie kunnen, na de reis, wel een lezing (met foto's)houden voor alle belangstellenden.

Liefs, Marry

Joyce

Hey daar!!

Wat een geweldige foto`s en verhalen, ik zit zelf in Zwitserland en dacht dat ik hier wel wat meemaakte, maar dit slaat alles.. :-) nee, geintje!! Helemaal super zo`n wereldreis!! Lijkt mij ook wel wat!! Als we ook gaan plannen om te reizen, ga ik je zeker bellen voor heeeeeel veel tips.. ik blijf elke week je verhalen lezen en wegzwijmelen van je mooie foto`s!! Als je terug bent moeten we eens afspreken samen met je moeder en mijn moeder!!

Heel veel plezier nog!!

Groetjes uit Luzern, xx Joyce

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!